In deze bundel verbind ik de literaire traditie van het bestiarium met de reële ecologische toestand van de wereld. Elke diersoort krijgt daarom een indicatie zijn huidige kans op uitsterven, op basis van de Rode Lijst van de IUCN. Ik onderzoek de aanwezigheid van vaak minder voor de hand liggende dieren in hoe de mens betekenis geeft aan de wereld, soms via abstracte ensceneringen, soms via alledaagse situaties en gevoelens. Daarbij betrek ik ook mijn eigen jeugd op de boerderij waar ik opgroeide. Deze gedichten – of het nu gaat om bedreigde soorten als de sterrennachtpad, onbedreigde soorten als de gevlekte akkerslak of zelfs om denkbeeldige wezens – willen zo een bijdragen leveren aan een nieuwe cultuur van het levende.