A. is een intelligente, schijnbaar gelukkige huisvrouw. Tot ze op een nacht niet meer kan slapen. Vanaf dat moment beseft ze langzaamaan hoe haar leven verandert, hoe ze zélf verandert.
‘Vanaf nu ben ik diegene die bepaalt hoe de nacht eruitziet. En als de nacht in mijn handen ligt, dan ook de dag. Ik bepaal mijn dagen, en geen één dag zal op zichzelf lijken. Ik moet leven.’
Slapeloosheid vraagt niet om de juiste kruidenthee, maar om een eerlijke blik op ons eigen leven.